Luchtdichtheidsmeting in Energie Expeditie Apeldoorn


Bouwbedrijf Van Laar is als deelnemer in het consortium E.nu Veluwe betrokken bij ENEXAP. In deze expeditie wil de gemeente Apeldoorn komen tot Energieneutrale renovaties van particuliere woningen.

 

Er zijn ca. 38 deelnemende huizenbezitters in de gemeente. Deze woningen worden onderzocht om te komen tot een integrale aanpak van energiemaatregelen waarbij wordt ingezet op energieneutraliteit of wel nul op de meter. Deze uitdaging blijkt groot omdat er een veelheid is aan woningtypen en stadia waarin eigenaren al dan niet al energetische verbeteringen aan hun woningen hebben aangebracht. 

 

Om goed zicht te krijgen op de kierdichtheid van de woningen zijn er blowerdoortesten uitgevoerd. En die luchtdichtheid van de bestaande woningbouw blijkt nogal tegen te vallen. In de bij de ENEXAP betrokken woningen bleek deze op het 3-voudige te liggen van waar men rekening mee houd in de zogenaamde EPC berekeningen die voor het bouwbesluit worden gebruikt. Kortom met het energetisch verbeteren van de woningen is veel te bereiken met aandacht voor kierdichting.
 

Hoe werkt een luchtdichtheidsmeting?

  • De meting gaat uit van de principes overdruk en onderdruk
  • Om die situaties van overdruk en onderdruk te creëren wordt een ventilator in een opening geplaatst
  • Deze ventilator zuigt lucht in de woning (overdruk) tot er een drukverschil van 50Pa (Pascal) wordt bereikt. Omdat de woning luchtlekken vertoont, moet de ventilator blijven draaien
  • De sensoren in de ventilator meten vervolgens hoeveel lucht er wordt verplaatst in de woning (volume) binnen een bepaalde tijd. Die meting laat toe de mate van luchtdichtheid te berekenen
  • Na de meting in overdruk wordt de test herhaald, maar nu zuigt de ventilator lucht uit de woning totdat er een onderdruk van 50Pa ontstaat
  • Bij de test in overdruk wordt dus gemeten hoeveel lucht er via lekken naar buiten kan, bij de test in onderdruk wordt nagegaan hoeveel lucht er via lekken naar binnen kan
  • De twee verschillende metingen zijn nodig omdat gebouwdelen anders reageren bij overdruk of onderdruk. Een opendraaiend raam bijvoorbeeld zal bij overdruk tegen de rubbers van het raamprofiel aangedrukt worden en geen lekken vertonen. Bij onderdruk wordt de vleugel net van de rubbers afgezogen waardoor er – bij een slechte afstelling van het raam - wel een luchtlek kan ontstaan
  • Procedure: De ventilator en de sensoren worden bij voorkeur geplaatst in een veilig toegankelijke opening die de grootste luchtdichtheid biedt.